Dagboek

Uit het Alter Moderne Manifest | 6) The Art of Meditation

Uiteindelijk is het enige wat overblijft, het verhaal van hoe je het leven hebt geleefd.
De rest, de kunstwerken, zijn slechts de sporen van dat narratief


Art Rotterdam voorbereiden, bloggen en het leven



Deze week realiseerde ik me dat het 10 jaar geleden is, dat ik me met mijn blije 18-jarige hoofd inschreef bij de Kamer van Koophandel als zelfstandig ondernemer. Ik wist toen hélemaal wat ik wilde (dacht ik…). Nee, mij zou het lukken (vond ik). In mijn hoofd had ik het allemaal zo mooi voor elkaar, maar het leven is uiteindelijk gewoon één grote bizarre gekte bestaande uit allerlei verrassingen en zijpaden die je te nemen hebt. En dat is maar goed ook, want ik had alles niet willen missen. Het is uiteindelijk allemaal beter gegaan dan ik had durven hopen. En alle gekke bijbanen van de afgelopen jaren, waarin ik heb geleerd te koken, heb bijgeklust als fotograaf, tekstschrijver, webmaster… de grote grap is dat ik alles wat ik vandaag de dag nodig heb als blogger en kunstenaar juist door al die zijpaden heb geleerd. Die grote chaos heeft dus toch wel zin, lijkt het...

Art Rotterdam

Gisteren begon mijn dag gewoon fijn; met een fijn bakje leut, in een fijn café in het fijne gezelschap van een andere kunstenaar. Fietsend naar huis (nou ja, dit tengere geval werd bijna als een vliegertje de Maas in geblazen, maar goed…) bleven er een hoop zinnen die we hadden uitgewisseld, rondzingen in mijn bolletje.

''Ik voel dat ik op een turning point terecht ben gekomen''; zo vertelde ik ook aan die kunstenaar in kwestie: ''aankomende maand is dus mijn performance op Art Rotterdam. Toen ik op de Academie zak was om daar te kunnen presenteren een soort denkbeeldige prestatie die zou bewijzen dat ik niet helemaal gefaald was als creatieveling.

Ik zie het werk voor Art Rotterdam als terugblikken op de laatste 10 jaar, die vaak gevuld was met een eenzaam gevoel van twijfel. Ik kon met al mijn getwijfel terecht bij mijn lief, maar uiteindelijk moet je zélf kiezen wat je belangrijk vind in het leven en het zelf gaan doen. Niemand kan eindeloos je hand blijven vasthouden en je pamperen totdat je er bent, en niemand kan die keuzes voor je maken, hoeveel de ander ook van je houdt.

Mijn werk voor Art Rotterdam heet ; en is een reïncarnatie van zo'n eenzaam moment: van die keer dat ik me zó onzeker voelde over de toekomst, dat ik besloot mee te doen aan een medicijnonderzoek om bij te verdienen (terwijl dat misschien niet eens nodig was). Net als destijds zal ik nu een aantal dagen vastzitten aan een infuus. Net als toen zal ik dit doen in naam van de kunst en mijn carrière als kunstenaar (oh yeah, hehe). Maar wat er nu anders zal zijn, is dat ik niet meer alleen in een hospitaalkamertje zit. Naast mijn bed zullen twee stoelen staan voor gezelschap. Ik nodig je bij deze van harte uit om langs te komen. I'll be all eyes and ears. Geen smartphone, geen laptops. Vijf dagen lang, van 11:00 – 19:00 geen afleiding (enkel echte ziekenhuisprakjes eten uit van die sexy tafeltje-dekje-dozen, haha!).

 

Het leven neemt weer een loopje met me

En de grap is nu; mijn werk staat klaar in mijn atelier. En stel nou dat ik dadelijk met trompetgeschal geadopteerd word door een galerist of belangrijke verzamelaar… dan is mijn hart stiekem eigenlijk al bezig met het volgende plan, en heb ik straks misschien helemaal geen zin om eindeloos hetzelfde kunstje te blijven herhalen, omdat ik met mijn hoofd en hart stiekem al bij 'the next big thing' zit… terwijl dit misschien hét moment is waarop mijn gefreubel uit het verleden wel eens lucratief zou kunnen gaan worden.

Waarom leven, waarom?!

Intentie

Goeie vraag; waarom… De afgelopen vakantie heb ik een hoop nagedacht over het toverwoord 'intentie'. Dus niet 'wat ga ik doen?' maar 'waartoe doen ik de dingen die ik doe'; Wat brengt het mij en de ander? Waar gaat het om? Rijk worden, beroemd zijn, een spannend leven leiden, blijven leren, troosten? Waarom doe ik wat ik doe? Steeds kwam ik weer uit op hetzelfde antwoord: ik moet doen waar ik blij van word en waar ik energie van krijg, want alleen dan heb en hou ik de motivatie om eindeloos bij te blijven schaven. En blij worden, dat gebeurt me als ik contact maak met mensen door verhalen te vertellen. Of dat nu met een 'high-brow' knutselwerk is of met deze lekkere 'low-brow' blog. Tuurlijk, je kunt niet alleen maar doen wat je leuk vindt; iedereen mot nassen en de huur betalen. Maar als iets niet noodzakelijk is, waarom zou je jezelf dan blijven kwellen?

Het uiteindelijke performance werk ‘‘All for Art’’ zoals gepresenteerd op Art Rotterdam 2018 | Foto: AD

 

Sprong

Zo besloot ik deze week dus weer een sprongetje te wagen: de stekker uit één van mijn freelance klussen trekken. Ik ga het komende halfjaar mijn spaargeld opvreten, mijn tijd besteden om deze blog een flinke trap op z'n staart te geven (wie weet vervangt het dat freelance-inkomen dan wel gewoon. Ik ga het in ieder geval proberen!) en werken aan mijn nieuwe super-secret kunstproject. Iets met muziek en performance en een

sprookjesachtige, beeldende droomwereld.

Vanaf 22 september post ik op het Instagram account van Yeds dagelijks foto's van mijn nieuwe geheime project (met muziekfragmentjes). So I will keep you posted on that one ;) Lekker man! Dit geeft me energie. In ieder geval genoeg om op dagen als vandaag met tegenwind van windkracht 7 sterk toch weer mijn weg naar huis te vinden.

Arty Farty Life

Toegevoegd donderdag 18 januari 2018




Jesje uit de kast - hoe staat dit mannetje me?

Wat betekent het eigenlijk om een man of een vrouw te zijn? Die vraag doemt de laatste tijd steeds vaker bij me op. Ik voelde me altijd al, al van kinds af aan, een beetje geïntimideerd en vervreemd door sommige vrouwen om me heen, die het hadden over ‘je innerlijke vrouw’ of zelfs ‘godin’ voelen. Want wat moet ik voelen dan?! En door vrouwen die het op de één of andere manier wél lukt om de hele dag netjes hun lippenstift op hun plek te houden en zonder blaren op stiletto’s rond te lopen (hoe dan?!). Ik dacht altijd, dat mijn mannelijke of androgyne kant bij mijn kunstenaarsschap hoorde. Maar afgelopen week toen ik de documentaire Genderbende van Sophie Dros zag, viel bij mij opeens een kwartje…

Millenials
Die nieuwe generatie, de kids die nu 14 - 18 zijn, die hebben het qua gendervrijheid maar goed voor elkaar. Toen ik die leeftijd had, waren er alleen nog maar de smaakjes, homo, bi, transgender of androgyn. Maar tegenwoordig hebben we het al over de GLBTI+ community. Onzin, al die namen? Nou, ondanks de wildgroei aan allerlei labels, vond ik het labeltje ‘genderqueer’ dat in de docu Genderbende zo helder wordt uitgelegd en verbeeld, voor mezelf wel een enorme eye-opener.

Je altijd al anders voelen
Ik heb me mijn hele leven al ‘anders’ gevoeld dan iedereen. Hoe omschrijf ik dit het beste... als een besef -zelfs als kind al- dat ik zowel bij mannen als vrouwen een gepaste afstand moest houden om niet over intimiteitsgrenzen heen te gaan. Wat altijd een afstand creëerde, die er bij andere mensen (andere meisjes onderling) niet leek te bestaan. Ik kon nooit helemaal meedelen. Ik was altijd een beetje buitengesloten. Een beetje eenzaam ook...

Ik dacht tot nu toe dat dat kwam door mijn 'artistieke blik' op de wereld. Maar toen ik de docu Genderbende keek, vielen er plots mijn laatste stukjes twijfels over gender en seksualiteit weg. Als genderidentiteit (hoe mannelijk of vrouwelijk je jezelf van binnen voelt) net als in de docu als een schaal kan worden gezien met ‘man’ en ‘vrouw’ als twee uiterste polen met genderqueer als midden (een combi van allebei), dan ben ik geloof ik 60% vrouw en 40% man.
Waarom is dat besef fijn? Nou, omdat ik altijd heb getwijfeld of ik niet lesbisch was of zo. Want bij alleen al de gedachte aan écht lesbisch zijn, voelde ik meteen een gevoel van grote walging opborrelen. Ik kan vrouwen heel erg mooi vinden. Sexy ook. Dat zijn een beetje bi-gevoelens dus (note: seksualiteit is iets anders dan genderidentiteit). Maar als het op een relatie aankomt, wil ik op het mentale vlak uiteindelijk toch altijd wel een man hebben die me tegengas kan bieden. Ik hou gewoon heel erg van de nuchtere mannelijke manier van naar de dingen kijken…

Vervreemding
Door het besef dat seksualiteit iets anders is dan genderidentiteit, kon ik opeens ook andere gevoelens verklaren. ‘’Waarom voelde ik me altijd zo verdwaald in de pashokjes van de lingeriewinkel, als mamma’s en dochters, zussen en vriendinnen heerlijk samen stonden te tutten in de hokjes naast me? Dat getut en gedoe; kies gewoon een bh die past zodat je daar weer weg kan! Waarom hebben die vrouwen om me heen allemaal 1.000 woorden van bevestiging nodig, voordat ze een keuze kunnen maken?’’, Dacht ik dan altijd.
‘’Waarom voelde ik me altijd half verkracht en aangetast in mijn fysieke integriteit, als de dames van de theatergrime me niet zelf mijn eigen kop lieten opmaken, maar zich aan me opdrongen om me ‘gezellig’ op te maken?



Waarom word ik er altijd een beetje verlegen van als ik in een dameskleedkamer verzeild raak, en alle dames ‘’als vrouwen onder elkaar’’ moeiteloos naakt of in hun bh’s en slipjes rondlopen en elkaar aanspreken?’’ Ik dacht dan toch altijd ergens van: ‘’Uhm, jij hebt hier blijkbaar totaal geen bijgevoelens bij, but girl, het is me duidelijk dat je een meisje bent en je staat nu wel heel dicht bij me. You're putting your femininity in my face here, mag ik een beetje ruimte voor mezelf en mijn niet-zo-ultiem-meisje-zijn als jij?

Preuts ben ik niet. Nope, mijn lichaam en mijn (vrouwelijke) sensualiteit zijn voor mij tools die ik inzet als performer of om vriendjes te maken in het dagelijks leven. Daar voel ik me zelfverzekerd genoeg over. De bottomline is, zo concludeerde ik dus deze week, dat ik me in mijn hoofd gewoon veel meer man voel dan ik me ooit echt heb beseft.



Gender dysphoria
En met enige afwisseling mag ik mijn lichaam ook niet zo als ik in de spiegel kijk: ik heb best wel gespierde armen, benen en brede schouders, omdat ik als ik voor mijn werk echt aanpak als een vent. Menig persoon heeft verbaasd opgemerkt dat ik voor een meisje flink kan tillen, klussen en sjouwen. En ja, daar krijg je spierballen van op den duur... Maar ik kan dat lichtelijk masculine uiterlijk niet altijd accepteren. Maar een verschil (of zelfs walging) ervaren tussen hoe je je voelt en hoe je lichaam er uit ziet, dat schijnt een vaker voorkomend fenomeen te zijn voor zowel transgenders als genderqueers en heeft zelfs een naam: gender dysphoria. Lachen dit...

Uit de kast: wat nu?
Ja, en wat nu? Ga ik nu opeens afritsbroeken en bergschoenen dragen en luidkeels boerend bier drinken? Nope… Genderexpressie staat dan weer los van zowel seksualiteit als van genderidentiteit, leerde is van de docu en van veel lezen. Ik denk dat ik mezelf al heel goed ken en mezelf in al mijn ‘vreemdheid’ al voldoende geaccepteerd had. Ik heb altijd al een beetje gespeeld met mijn voorkomen: dan weer had ik een kort kapsel en dan weer een mannenbroek aan met bretels en stropdas als fashion statement.
Ik blijf gewoon lekker switchen en mixen zoals ik dat altijd heb gedaan. Het besef is vooral belangrijk om me minder ‘vreemd’ te hoeven voelen ten opzichte van vrouwen die hun eigen uber-vrouwelijkheid op mij proberen te projecteren. Ik denk dat ik me door dit besef daar nog beter tegen kan beschermen, door mijn grenzen aan te geven van waar ik me wel en niet prettig bij voel. Zo van: ‘’Sorry, de 40% man in mij vindt het echt niet tof dat je je nu als een soort moederfiguur over me probeert te ontfermen. Hoe lief bedoelt ook. I’m partly dude girl! Ik los het zelf wel op’’. Nou ja, misschien moet ik nog even nadenken over de precieze bewoording om niet al te veel af te schrikken, haha.

Arty Farty Life

Toegevoegd maandag 5 june 2017




Een dag door het leven als freeganist


Wat is Freeganisme?

Wat is freeganisme? Freeganisme (of in het Engels: Freeganism), is het verzamelen van weggegooid of afgedankt voedsel als alternatief voor het kopen van voedsel. Het is veelal een verzet tegen voedselverspilling en [door] de consumptiemaatschappij. Voedsel wordt vaak verzameld door freeganisten ([in het Engels: freegans) uit vuilnisbakken en afvalbakken achter restaurants, grote bedrijven en uit overgebleven voedselwaren op de markt. Bekijk hier ook een video over freeganis me:



Mijn dag als freegan

Om beter over dit onderwerp te kunnen schrijven en om te ervaren hoe haalbaar deze levensstijl is, besloot ik in april 2014 om zelf een freegan avondmaal te maken. Ik ging daarvoor om 16:00 naar de Afrikaandermarkt in Rotterdam. Ik wist dat de markt die dag om 17:00 afgelopen zou zijn, dus ik had een uur de tijd om rond te lopen en rond te kijken. Door de freegan bril bekeken zag ik inderdaad ontzettend veel eten op straat liggen tijdens de markt. Paprika's, appels, peren, uien, pepertjes, perziken, sinaasappels, tomaten, bananen. Een gezond maal zou het in ieder geval zeker worden. Terwijl de markt om 16:00 nog volop bezig was, besloot is waar ik maar om zo nonchalant en zo onopvallend mogelijk wat appels, uien en paprika's van de straat op te rapen. Ik merkte dat de voorbijgangers die door hadden wat ik aan het doen was, vol verbazing en ontzetting naar me keken. Zeker omdat ik die dag ook netjes gekleed was in een nette pantalon en colbert. Dat had ik expres gedaan, om niet te veel op te vallen en om niet over te komen als zwerver of, nog veel erger, als linkse hobbyist.
Mensen keken geschokt toe hoe deze keurig ogende jonge dame haar tas vulde met groenten van de straat.



 


Om 16:50 werd omgeroepen dat de markt ging sluiten. De marktlieden begonnen hun kramen in een snel tempo af te bouwen. Ik had nu ongeveer drie appels, één paprika en een paar aardappels verzameld. Naarmate de kramen verder werden afgebouwd en het publiek wegstroomde, werd het makkelijker om eten op te rapen en te verzamelen. Alle overgebleven voedingsmiddelen werden namelijk netjes in kratjes opgestapeld en achtergelaten op het marktplein!


Kijk wat ik verzameld heb! Ben ik nu strafbaar?

Ik besloot om naar één van de marktverkopers toe te lopen en hem de inhoud van mijn tas te laten zien. Ik vroeg hem op een bewust naïeve manier of ik strafbaar bezig was. De verkoper moest lachen en haalde zijn collega's erbij om aan hen te laten zien waar ik mee bezig was. Eén van de collega's reageerde met: ''Maar dat heeft een dame zoals jij (refererend naar mijn nette kleding) toch helemaal niet nodig?!''. Ik vertelde hem dat dat

inderdaad klopte, maar dat ik bezig was met een experiment. Ik vroeg hem waarom er zo veel waren werden achtergelaten op de markt. De verkoper vertelde dat het simpelweg goedkoper is om waar die niet meer geschikt is voor verkoop achter te laten dan om het mee te nemen. Ook vertelde hij dat hij veel vaker heeft gezien dat mensen overgebleven waar kwamen verzamelen op de markt. ''Veel arme mensen en daklozen komen hier vaak voedsel verzamelen. De voedselbank is vaak simpelweg niet toereikend, dus zijn deze mensen gedwongen om hier nog wat te verzamelen.'' Dat wierp voor mij natuurlijk een heel ander perspectief op de zaak. Voor mij was freeganisme een experiment, voor anderen is dit keiharde bittere noodzaak om te overleven, zelfs in een land als Nederland!

Vervolgens liep ik met mijn tas vol opgeraapte groenten en fruit naar de marktmeesters. Ik herhaalde hetzelfde ritueel: ''Kijk eens wat ik van de grond heb opgeraapt! Ben ik strafbaar?''. Ook hier werden de collega's erbij gehaald en stonden ze me collectief vervreemd aan te kijken. Wederom gaf ik uitleg en kwamen de mensen van stadstoezicht tot de conclusie dat ze het wel prima vonden dat ik dat deed. Hoewel het bij wet verboden is om voedsel uit afvalbakken te halen, wordt er in de praktijk dus niet echt naar omgekeken, zelfs niet als je het resultaat bij de toezichthouders onder hun neus houdt.

Ik denk dat het heel belangrijk is welke houding je aanneemt. Ik bleef telkens vrolijk glimlachen, deed me een beetje naïef voor en was bereid om heel open en aardig een gesprek aan te gaan. Daardoor was het geen probleem. Ook zag ik er natuurlijk niet echt uit als een stereotype activist. Dat hielp denk ik, zeker ook.


Belangrijk is ook de timing: je moet goed aanvoelen wanneer er niemand op je let en op welk moment er weinig mensen zijn. Pas toen de markt als voor een groot deel was afgebouwd, kon ik pas echt goed ongestoord verzamelen. Alles bij elkaar ben ik zeker drie uur bezig geweest met verzamelen. Als ik dit nog een keer zou doen, zou dit zeker minder lang duren, omdat ik nu weet dat ik echt pas veel later op de markt hoef te zijn.


Het resultaat:
Ik kwam uiteindelijk thuis met een volle tas, met daarin:
– 6 sinaasappels
– 4 appels
– 6 tomaten
– 2 paprika's
– een handvol druiven
– twee uien
– 2 perziken
– 4 aardappels
– 3 spaanse pepertjes

Ik besloot er een ovenschotel van te maken. Zeker niet alles wat ik had verzameld was ook daadwerkelijk bruikbaar. Sommige groenten die op het eerste oog prima waren, bleken tijdens het snijden van binnen en buiten toch veel rotte plekken te bevatten. Ik heb uiteindelijk ongeveer 65% van de producten gebruikt. Het verzamelen van de producten (inclusief reizen minus het lange wachten omdat ik zo vroeg was) en het koken kostten me in totaal ongeveer drie uur . Ik moest uiteindelijk toch nog wat eigen groenten gebruiken om voldoende te hebben voor het avondeten voor twee personen.
Tijdens het eten ben je er wel hyperbewust van dat alles wat je opeet op de straat heeft gelegen en mogelijk wat oud kan smaken. Maar het viel in alle eerlijkheid enorm mee. Het was een hele normale lekkere maaltijd. Het zijn dus meer de gedachten dan de smaak zelf de je beleving ervan tijdens het opeten beïnvloeden.


Conclusie
Ik heb geen voedselvergiftiging opgelopen. Als je goed oplet kan je dus prima op deze manier voedsel verzamelen. Ook zullen mensen je naar alle waarschijnlijkheid met rust laten zolang je je onopvallend opstelt en bereid bent om goed gehumeurd een gesprek aan te gaan mocht je toch worden aangesproken.
Het kost je wel veel tijd om op deze manier te leven. Je zal er vaak op uit moeten en veel ervaring moeten opdoen om een voldoende gevarieerd menu voor jezelf bij elkaar te verzamelen. Ik schat dat je er zeker vijf keer per week á twee uur per keer op uit moet. De vraag is aan jou, of je dat er voor over hebt en of je je die tijd kunt veroorloven.

Nu ben ik benieuwd hoe jullie hier over nadenken! Is freeganisme nu nog steeds simpelweg ''ranzig'' en ''armoedig'', of is dit iets wat je ook zou overwegen om te doen? Let me know!

Toegevoegd vrijdag 13 februari 2015





5 dingen die ik van werken met mannen heb geleerd

Afgelopen tijd heb ik een hoop samengewerkt in duo’s en in groepen voor verschillende projecten. Dan weer met mannen en dan weer met vrouwen. Naast het feit dat ik Rotterdammer ben, en de ‘niet lullen maar poetsen’ mentaliteit met de paplepel ingegoten heb gekregen, heb ik de afgelopen jaren voornamelijk met mannen gewerkt. Daar heb ik veel van geleerd. Namelijk hoe je je mannetje staat, je mening gehoord krijgt, en hoe je niet verzand in eindeloze discussies die niet gebaseerd zijn op feiten maar op ‘emoties en onderbuikgevoelens’. En dat scheelt me een hoop tijd, gedoe en energie! Dit zijn 5 dingen die ik van samenwerken met mannen heb geleerd:





1. - Zakelijke dingen niet persoonlijk opvatten
Het allerbelangrijkste wat ik heb geleerd, is om dingen die zakelijk zijn, niet persoonlijk op te vatten. Als ik een discussie met iemand heb over werk en het niet eens wordt met de ander, of dat de suggestie van de ander boven die van mij verkozen wordt, dan vat ik dat nooit persoonlijk op. Werk is werk. Jammer, maar geen reden om urenlang over door te blijven zaniken of fitten met andere dames rondom het spreekwoordelijke koffiezetapparaat. Zonde van mijn energie en bovendien slecht voor mijn karma! Klaar…
Het oneens zijn met elkaar staat voor mij compleet los van de vraag of ik iemand wel of niet aardig vind.
En andersom; ik hoef iemand niet perse aardig te vinden om er zaken mee te kunnen doen. Ik kan iemand op persoonlijk vlak de grootste flapdrol op aarde vinden, maar er toch mee samenwerken omdat ik potentie en voordeel in de samenwerking zie. 


2. - Niet lullen maar luisteren
Wat veel mannen in mijn ogen ook beter kunnen dan vrouwen, is scannen welke mensen of gelegenheden kansen bieden, omdat mannen meestal niet duizenden woorden besteden om eerst ‘vriendjes’ te worden en elkaar ‘leuk’ en ’lief’ te vinden voordat er bruikbare informatie gedeeld kan worden. Mannen kunnen gewoon schaamteloos een pitch geven tijdens een borrel of verjaardag over wat ze doen op hun werk en waar ze nog naar op zoek zijn, en vragen of jij misschien hun hulp en betaalde diensten kan gebruiken bij de dingen die jij doet. Zo doe ik het ook graag. Maar bij veel vrouwen zie ik het gezicht meteen verstarren als ik op die mannelijke manier te werk ga. Nee, er moet eerst eindeloos gesnuffeld en gekletst worden over zichzelf, passies en hobbies. En zo verslapt de aandacht van de luisteraar vaak voordat er eindelijk echt over de kern van de dingen gepraat kan worden. Vaak net zo lang dat die kans er niet komt. Zo zonde en vermoeiend…

3. - Bescheiden zijn is geen deugd
Misschien komt dat laatste gedrag ook voort uit een onbewuste overtuiging dat bescheidenheid een deugd is…Nou, sorry… Bescheidenheid siert een mens inderdaad als het gaat om niet al te protserig over jezelf en je kwaliteiten praten. Maar het betekent niet, dat je bedeesd dient te zwijgen over wat je wilt en verlangt in de hoop dat iemand je gedachten op magische wijze kan lezen en spontaan aan je diepste wensen tegemoetkomt. Dat idee over bescheidenheid is gewoon dom. Om te krijgen wat je wilt, zal je moeten laten weten, aan zo veel mogelijk mensen als je maar kunt, vergezeld van je meest charmante glimlach, wat je wilt.
Oh ja, en als je een compliment krijgt over iets wat je goed kunt, over je uiterlijk, of over jou als persoon, wuif ze dan niet weg met; ‘’Nou, ik vind eigenlijk zelf dat ik best dikke billen in deze broek heb, maar bedankt voor het compliment’’ of: ‘’Nou, ik heb deze opdracht niet helemaal alleen gedaan hoor’’. Dooddoener!
Mensen geven graag complimenten. Het voelt namelijk goed om iemand op te vrolijken met een complimentje. Wegwuiven is daarom precies hetzelfde als een cadeautje afwijzen: ‘’Nee, dat hoef ik niet!’’, zeg je dan eigenlijk. En dat zorgt er uiteindelijk voor, dat je op een gegeven moment geen complimentjes meer krijgt; ‘Becauz you’re no fun!


4. - Eerst doen, dan excuses vragen
Deze heeft te maken met lef. Veel vrouwen willen graag eerst alles tot in den treuren overleggen en tot in de kleinste details instemming van anderen hebben ‘’Want God behoed me ervan dat ik mogelijk, wie weet, en eventueel iemand kwets!’’).
Wat mannen beter durven dan vrouwen is risico’s nemen, en ook op die manier krijgen ze vaak beter voor elkaar wat ze willen dan vrouwen. Wat ik heb geleerd door dit principe uit te proberen, is dat er bij alles wat je doet wel iemand wel wat op te merken heeft. Of je het nou eindeloos overlegd of je eigen keuzes maakt. Je kunt het nooit 100% goed doen in de ogen van iedereen.
‘’Je moet gewoon doen wat je denkt dat het beste is, en als iemand het er achteraf niet mee eens blijkt te zijn vraag je later maar om vergiffenis. Maar anders kan je blijven praten en wachten en krijg je nooit iets voor elkaar’’, hebben veel mannen mij vaak geadviseerd. En inderdaad, wat blijkt is dat het makkelijker is om mensen te overtuigen en voor je te winnen door vastberaden keuzes te maken en die te verantwoorden, dan door eindeloos om toestemming te vragen.

5. - Niet invullen maar vragen
Deze vind ik het ergste: vrouwen die invullen hoe een ander mogelijk denkt of waarom een situatie op een bepaalde manier verlopen is, in plaats van het de ander op de man af te vragen en ergens mee te confronteren. Ik denk dat het een vorm van uitstelgedrag of conflict vermijden is. En nog erger zijn vrouwen die dan onderling met andere vrouwen zich over een bepaald persoon beklagen en eindeloos onderling scenario’s bedenken waarom degene met wie ze het oneens zijn, doet wat ‘ie doet. Zo zonde van je energie en wederom slecht voor je karma dames!
Heb het lef om het iemand in zijn gezicht te vragen en te zeggen dat je iets niets prettig of goed vind. Dan heb je tenminste enige kans om het te veranderen of in ieder geval echt te leren begrijpen waarom dingen lopen zoals ze lopen. Je hebt dan meteen een antwoord. Dat scheelt je dagen-nee soms zelf maanden van gepieker en slapeloze nachten (trust me, ik ben meerdere keren met stomheid geslagen toen ik hoorde dat iemand zich maandenlang druk had zitten maken om iets wat binnen drie minuten praten compleet ontkracht kon worden omdat het niet op kwade wil maar op een misverstand berustte).
En weet je, de eerste keren dat ik verhaal ging halen, had ik ook een bibberstemmetje. But trust me… oefening baart kunst. Uiteindelijk sta ook jij op een dag, gewoon met droge oogjes en imposant klinkende stem, je mannetje…



Toegevoegd vrijdag 12 mei 2017


 

Mooie boeken #1 - Het Onverwoestbare Kind

Dank je wel allerliefste vriendin (je weet wel wie ik bedoel, liefje) voor de tip om dit prachtige boek te lezen; ''Het Onverwoestbare Kind'', van Lillian B. Rubin. Ik denk dat het het beste boek is dat ik dit jaar gelezen heb (en ik schat dat dat er in totaal zo'n 30 boeken waren). Dit boek is mega interessant voor iedereen die zich, net als ik, vaak afvraagt in hoeverre je als mens zelf de koers van je leven kunt bepalen en in hoeverre deze al vast ligt.

Het Onverwoestbare Kind is dus geschreven door Lillian Rubin, die psychologe is, schrijft ze in de inleiding. Rubin heeft net als alle hoofdpersonen uit het boek, een niet erg rooskleurige jeugd achter de rug. Ze schreef het boek omdat ze wilde onderzoeken welke karaktereigenschappen het nu maken, waardoor het ene kind met een traumatische jeugd het wel redt om het leven weer terug op de rit te krijgen als volwassenen, en waarom dat de ander niet lukt. Ze omschrijft namelijk in de inleiding dat haar broer, die feitelijk dezelfde ervaringen opgedaan heeft als zij, uiteindelijk een einde aan zijn leven maakte.

In het boek worden acht levensverhalen verteld, van zowel mannen als vrouwen. Deze mensen waren allemaal clienten van Rubin. De verhalen zijn daarom geschreven als combinatie van monoloog en gesprek, waardoor de verhalen heel erg voelbaar worden. Pijnlijk ook om te lezen. Er worden nergens doekjes omheen gewonden. Dit boek is rauw. Seksueel misbruik, mishandeling... alles passeert de revue (helaas). Maar daardoor is de uitkomst des te interessanter.

Hoewel de verhalen dus grimmig zijn, geven de antwoorden hoop. Wat volgens de schrijfster namelijk maakt dat jonge mensen hopeloze situaties toch succesvol kunnen overwinnen, zijn kwaliteiten als 'persoonlijke aantrekkingskracht' die een jong persoon adopteerbaar/aantrekkelijk maken om te worden geholpen door anderen. Daarnaast ook het vermogen om te weigeren jezelf als slachtoffer te zien, een ambivalentie relatie mbt autoriteit (kritisch en onafhankelijk willen zijn), hoge interpersoonlijke intelligentie, en een sterke focus (locus of control) om het leven beter te maken. Nou, daar heeft iedereen wel wat van in zich, toch?
Ik vind het een prachtig geschreven boek, waarvan ik zeker weet dat het mensen die van héél ver komen helpt om zichzelf beter te begrijpen, om zichzelf meer geluk te gunnen en te kunnen geven en om het te vinden. Lees!


 

Arty Farty Life

Toegevoegd maandag 9 oktober 2017



Lees verder uit deze serie:


Struin verder…


Previous
Previous

Bezoek aan het Earthship theehuis in Zwolle

Next
Next

Vegan recepten